Hoewel de voorschriften het observeren van de crematie door de nabestaanden niet verbieden, heeft de crematie een aura van iets geheimzinnigs, bovendien bestaat er bijna geen literatuur over dit thema. Een mysterie? Een reden temeer om over dit onderwerp te schrijven.
De crematie vindt plaats in een soort van "Moffeloven". Bij een moffeloven raken de vlammen de stoffelijke resten niet. De moffel wordt tot een verbrandingstemperatuur voorverwarmd, waarna de stoffelijke resten ingevoerd worden. Allereerst wordt het vocht aan het lichaam ontrokken door de warmte die door de moffel ontstaat. Nadat het lichaam ontdaan is van water ontvlamt het uit zichzelf. De temperatuur die nodig is voor deze ontbranding ligt beneden de bedrijfstemperatuur. Naar gelang de grootte van het lichaam en de kist, verloopt iedere crematie individueel.
Er zijn verschillende richtlijnen en aanwijzingen voor de bediening van crematieovens. De optimale verbranding vindt plaats, als er een precieze dosering van de temperaturen en de toegevoegde zuurstof heeft plaatsgevonden. Deze mengeling wordt door een geautomatiseerd observeringssysteem geleid en garandeert een uiterste precisie.
Bij een crematie worden schadelijke stoffen, die zich eventueel in het lichaam bevinden, geneutraliseerd Geneesmiddelen en andere farmaceutische producten, die zich mogelijkerwijze nog in het stoffelijk overschot bevinden, worden door de hoge temperatuur bijna compleet vernietigd. Een naverbranding neutraliseert de gassen, zodat een moderne crematieoven noch rook noch geur uitstoot.
Het is bewezen, dat de concentratie van een groter aantal lijken op een relatief klein oppervlak van een kerkhof, een belasting voor het milieu vormt. Voordat het lichaam, zoals in de bijbel vermeld, " weer tot Stof" wordt, moet het hier eerst ontbonden worden. Het is vanzelfsprekend, dat dit een niet te onderschatten proces is, wat betreft het genereren van toxicologische stoffen.
De verbranding van het lichaam heeft geen noemenswaardige inwerking op het milieu.
Tijdens zijn leven kan de overledene protheses in en aan zich verzameld hebben. Bij metalen heupgewrichten, botbreukverbindingen en dergelijke, is het milieu niet in gevaar. Deze zijn uit een edelmetaal vervaardigd en de temperatuur in de oven is te laag om deze aan te tasten. Deze worden uit de as verwijderd, voordat de bijzetting plaatsvindt.
De verbranding van de kist (zowel de kist als het lichaam verbrand) heeft ook geen noemenswaardige inwerking op het milieu, als bij de fabricatie van de kist (zoals heden gebruikelijk) de milieuwetgeving in acht genomen wordt.
De crematie is in ieder geval piëteitvol, hygiënisch en vooral in dichtbevolkte gebieden door de kleine benodigde paatsruimte voor de urn, een aan te bevelen soort van bijzetting.